Tipico Café in Buffalo, New York, nodigde CKJJ uit om een huis te transformeren naar een koffiebar. De ontwerpers kozen ervoor om het interieur te harmoniseren in de tinten blauw, groen en geel. Foto © Sara Schmidle
“Kleur voegt niet alleen een aangename kwaliteit toe aan design - ze versterkt het,” zo zei Pierre Bonnard, een schilder uit de vroege 20ste eeuw; een bewering die vandaag meer dan ooit waar is.
Dit is een bewerkte vertaling van een basistekst geschreven door Catherine Osborne
Begeef je even naar om het even welk socialemediakanaal over design of architectuur en het is onmogelijk om er naast te kijken: Kleur is overal. Gebouwen, openbare kunst en binnenmuren, vloeren en plafonds in commerciële en woonomgevingen stralen nu meer dan ooit met veelkleurige behandelingen in kalmerende tinten van watermeloenroze en melkachtig oranje.
Deze vrolijke uitbarstingen van kleur staan in schril contrast met de kleurarme aantrekkingskracht van het minimalisme dat decennia lang heeft overheerst. Vooral in Noord-Amerika heeft kleur meestal een perifere rol gespeeld, als decoratief accent bij een voor de rest uniforme esthetiek van natuurlijk hout, steen, staal en glas.
In maart werden nog eens 315 kleuren toegevoegd aan het Pantone Color System. Met de nieuwe toevoegingen kunnen ontwerpers kiezen uit een encyclopedisch spectrum van 2.625 kleuren.
Het verplichte thuisblijven tijdens de pandemie kan wel iets te maken hebben met deze hernieuwde interesse in gedurfdere tinten. Want met minder mogelijkheden om ergens naartoe te gaan, heeft het vinden van manieren om opnieuw betrokken te raken bij onze woonruimtes geleid tot een aanzienlijke toename van huisrenovaties en een verlangen om ons interieurleven te personaliseren. Begin maart kondigde het Pantone Color Institute aan dat het 315 nieuwe tinten aan zijn selectie had toegevoegd, waaronder 50 tinten roze en 70 tinten blauw. Volgens het verfbedrijf, dat een ongelooflijke trendsettende kracht heeft in bijna elke designsector - inclusief mode, architectuur en technologie – biedt het uitgebreide spectrum een antwoord op "veranderende maatschappelijke opvattingen" die over de hele wereld ingang vinden. Dergelijke verfijnde nuances in toon, tint en schakering suggereren ook dat individuele expressie over merkloyaliteit meer voet aan de grond begint te krijgen.
In de sectoren van meubel- en interieurontwerp zijn secundaire en tertiaire tinten al een tijdje populair. Europese ontwerpers zoals Hella Jongerius en Patricia Urquiola staan al jaren op een topniveau. Ze creëerden verfijnde chroomfusies en kwamen met 'instabiele kleuren', zoals Jongerius ze noemt - een term die ze bedacht om unieke tinten te beschrijven die zijn opgebouwd door verf te combineren in plaats van vast te houden aan voorgemengde kaartjes aangeboden door bedrijven als Pantone.
In Canada verliep het omarmen van kleuren iets trager, maar de doorgaans gereserveerde smaak is aan het veranderen. Division Twelve, een bedrijf dat gespecialiseerd is in meubelen van gebogen staal met poedercoating, gebruikt gedurfde tinten sinds de lancering in 2017. Het bedrijf, dat intussen een onderdeel is van Keilhauer, heeft een 2020 collectie van stoelen, tafels en krukken verkrijgbaar in 21 kleuren. Daarbij ook mintgroen, oudroze en telemagenta.
Bij het Canadese meubelmerk Division Twelve draait het om het toevoegen van gedurfde kleuren aan binnenruimtes. Foto © Kielhauer.
“Het is een ambitieuze investering”, zegt Meghan Sherwin, VP Marketing bij Keilhauer. “Je moet immers de verf bestellen, of je hem nu gebruikt of niet.” Sherwin werkte samen met Geof Lilge, Creatief Directeur van Division Twelve, om het palet samen te stellen dat ze ‘Irreverent Joy’ (oneerbiedige vreugde) noemt. “Het ging erom een gat in de markt te identificeren”, zo zegt ze. “Als merkbegeleiders weten we dat de slinger de andere kant op zwaait zodra een omslagpunt is bereikt.” Volgens haar heeft Minimalisme dit punt zo’n twee jaar geleden bereikt. “We hadden het gevoel dat we konden overgaan naar een meer vrouwelijke ruimte die persoonlijke expressie omarmt.” Tot nu toe werkt de investering. De tinten verkeersgeel en blauwgroen teal verkopen beter dan zwart, grijs en oesterwit.
Het palet van Division Twelve’s is ambitieus levendig met 21 kleuropties. Tot dusver verkopen verkeersgeel en teal beter dan de neutrale tinten. Foto © Kielhauer
Kleur vindt ook steeds vaker zijn weg naar de gebouwde omgeving. In de meeste grote steden die worden gedomineerd door wolkenkrabbers van glas, staal en beton, is het publieke domein een cruciale verademing van open ruimte en een plek voor visuele stimulatie geworden. Intense uitbarstingen van kleur vormen een natuurlijke anekdote om al die stedelijke grijstinten te doorbreken.
Breakwater van Julia Jamrozik en Coryn Kempster gebruikt kleur als een essentiële tool om mensen samen te brengen. Heldere tinten zorgen ervoor dat we ons comfortabeler voelen om met vreemden te praten. Foto © CKJJ
Architecten Julia Jamrozik en Coryn Kempster, die hun multidisciplinaire praktijk CKJJ in Toronto en Buffalo runnen, gebruiken kleur regelmatig als een belangrijk onderdeel van hun werk in de publieke ruimte. Voor Breakwater, een speelsculptuur in Jamestown, New York, bracht het duo een blauw getinte polyurea aan op vier dolosse – dit zijn geometrische betonnen vormen die werden gebruikt om kustlijnerosie te stoppen. De ceruleum sfeer van de installatie is wat mensen naar het werk trekt en wat kinderen uitnodigt om eroverheen te klimmen. "Om sociale ruimtes te creëren waar mensen met elkaar kunnen communiceren", zegt Kempster, "hebben we een toolkit opgebouwd voor dingen die dat mogelijk maken. En kleur is er daar één van."
Het belangrijkste is, zo voegt hij eraan toe, "dat kleur de neiging heeft mensen bij elkaar te brengen en vreemden meer op hun gemak te stellen om met elkaar te praten." Dat klinkt als een ideale anekdote in tijden van crisis. Kleur is misschien niet levensreddend, maar het heeft wel een positief effect op onze stemming, emoties en gedrag. In een post-pandemische wereld zou kleur weleens een krachtig hulpmiddel kunnen worden om ons weer bij elkaar te brengen.
Stoelvormige structuren vormen een beklimbare sculptuur van CKJJ. Deze installatie, in opdracht van de Allied Arts Council van Lethbridge, Alberta, is bedoeld om harmonie en samenhorigheid te suggereren. Foto © CKJJ